Moving Furniture Records

After a fruitful collaboration for the Moving Music compilation Matthijs Kouw & Gagi Petrovic took on the next step and worked on their debut collaboration releases Recalcitrance. 

The album is released as double CD mastered by Jos Smolders and comes in beautiful artwork by Zeno van den Broek and design by Rutger Zuydervelt. 

Recalcitrance

Philosopher of science Isabelle Stengers has studied the operations of states and their mobilization of technical practices to serve a presupposed general interest, which involves the production of rules and norms. Such rules and norms are blind to forms of knowledge that are denigrated as ‘local’ and ‘traditional’, and feature the correlative elimination of what does not conform and cannot be standardized – in other words, what is recalcitrant to objective evaluation. Anything that resists subsumption to technical rationality is seen as a threat to public order (Isabelle Stengers, In Catastrophic Times: Resisting the Coming Barbarism, pp.73-4).

The eight tracks on ‘Recalcitrance’ examine abstract topics that range from metaphysical speculation and psychological investigation to reflections on the process of creation itself. Taking a shared set of source sounds as their starting point, Matthijs Kouw and Gagi Petrovic invite listeners to trace the common sources of their pieces and to become recalcitrant themselves by experiencing the compositions in ways that defy what Stengers describes as technical rationality. Recalcitrant subjects ask new questions, thereby allowing the currently dominant reductionist mindset obsessed with productivity to be unsettled by space for reflection and quiet contemplation.

Reviews

Vital Weekly, Frans de Waard

The first time these two composers worked together was for the Moving Furniture compilation ‘Moving Music: Sounds From The Rocking Chair’ (Vital Weekly 1217), and as they enjoyed the experience so much they decided to continue working on a shared set of source sounds. “The eight tracks on ‘Recalcitrance’ examine abstract topics that range from metaphysical speculation and psychological investigation to reflections on the process of creation itself.” I am not sure if I understand the title and how that works with the music, but, then, I am not much of a philosopher myself. From the two, I know the work of Matthijs Kouw best, his various solo works (as MvK) and collaborations with Radboud Mens and Modelbau. He works with modular synthesizers, field recordings, software and objects whereas Petrovic is someone of whom I heard one release (Vital Weekly 1111) and I believe much of his work is done in the digital domain of the laptop. It is not easy to spot the shared source material here, but maybe it is because of the extension of processed music. In Kouw’s three pieces, he does what he does best and that is creating long-form drone pieces, with a mass of sustaining dark sounds, slow development, and atmospheric intensity. In ‘Absorbance’, he adds some sort of acoustic rumble, or a voice perhaps, maybe pushing it a bit to the foreground, changing the menu minimally. For all I know I wouldn’t have minded all of this to be a bit longer than the thirty-three minutes it is now. Petrovic’s disc is thirty-five (so, technically all of this could have fitted on one CD) and in his five pieces, he is a bit more varied, combining drones and tones, clustered sounds and rhythms. Another difference is that Petrovic has a slightly more musical touch to his music, such as the melodic element of the very short piece ‘Remnants’ or the stuttering Ovalesque’s rhythm of ‘Depressant’. As I like the unified approach of Kouw, I also like the variety on display in the music of Petrovic. All together this collaboration worked quite well, offering some great results from both players. (FdW)

Opduvel, Gert Derkx

Moving Furniture Records komt met een dubbel-cd van Matthijs Kouw en Gagi Petrovic. Het betreft hier geen samenwerking in de strikte zin, want Kouw en Petrovic zijn niet tegelijkertijd te horen op Recalcitrance. Wel zijn zij beiden uitgegaan van hetzelfde bronmateriaal. Op het eerste schijfje is Kouws muzikale bewerking daarvan te horen, op het tweede schijfje die van Petrovic. Laatstgenoemde is een in Servië geboren, maar in Nederland opgegroeide hedendaagse componist, uitvoerend musicus en docent, waarvan het debuut dp[a] + hsh op hetzelfde label is verschenen. Kouw maakt ook muziek onder de noemers MVK en Swerve en ook hij bracht eerder werk uit op Moving Furniture Records: twee lp’s (1 en 2) samen met Radboud Mens en Obscurum Per Obscurius solo.

Kouw en Petrovic baseren het dubbelalbum op een studie van wetenschapsfilosoof Isabelle Stengers. De muzikanten onderzoeken abstracte onderwerpen die variëren van metafysische speculatie en psychologisch onderzoek tot reflecties over het creatieproces zelf. Hoe zich dat uit in de muziek is aan eenieder die ernaar luistert om te beoordelen. Kouw en Petrovic nodigen de luisteraar uit om de gemeenschappelijke bronnen te achterhalen. Dat is een mooi aandachtspunt bij beluistering van de muziek.

Die gemeenschappelijke bronnen liggen er namelijk niet dik bovenop, daar moet je echt naar op zoek. Zowel Kouw als Petrovic brengen zoveel muzikale elementen aan, dat de oorsprong moeilijk te achterhalen is. Wel is er een aspect dat in de werken van beide muzikanten terugkeert, en dat is een elektrisch geluid, een tikkend geluid dat klinkt als stroom die door een draad wordt geleid. Denk aan tikkend schrikdraad. Of het dat ook daadwerkelijk is, is de vraag. Het doet er ook niet zoveel toe, want ook zonder herkenbare oerbron weet de muziek van beiden te intigreren.

Dat doen Kouw en Petrovic uiteraard ieder op hun eigen manier. Kouw toont zich daarbij meer een ‘drone-man’ die zijn muziek gelaagd en met trage bewegingen brengt, terwijl Petrovic de ‘elektro-man’ is die zijn elektronica laat bewegen, soms zelfs melodische elementen inbrengt en behoorlijk varieert. Het zijn opvallende verschillen, maar toch passen de werken, drie van Kouw en vijf van Petrovic, uitstekend bij elkaar. Misschien registreert het onderbewuste de gemeenschappelijke bronnen en leidt dat ertoe dat je toch een zekere coherentie ervaart bij het beluisteren van het album.

Kouw’s ‘Irradiance’ klinkt aanvankelijk donker en dreigend, zonder dat zijn muziek echt richting dark ambient beweegt. Er ontstaat juist meer licht in de soundscape, vooral omdat Kouw klanken toevoegt die op menselijke stemmen lijken. Het is de combinatie van die lichtheid en dreiging, die allebei in verschillende gradaties en verschijningsvormen langskomen, die het werk aantrekkingskracht geven. Het tikkende geluid waaraan hiervoor werd gerefereerd, zit subtiel verwerkt in de klankenpracht die Kouw de luisteraar voorschotelt. In ‘Remembrance’ brengt hij wat speelsere elementen aan, maar ook hier is sprake van gelaagde drones, met een zekere mate van dreiging, postvattend in een wat mistig decor, waaruit gaandeweg steeds meer onverwachte klanken opdoemen.

‘Absorbance’ wijkt behoorlijk af van de eerste twee werken van Kouw. Dat geldt vooral voor het begin van het stuk, waarin de klankkleur helderder is en de elektronische accenten groter in getal zijn. De dichtheid varieert en Kouw houdt zijn muziek op momenten opvallend klein. Op die momenten weet hij met slechts een paar lagen een indringende sfeer te scheppen. Verderop in het stuk krijgen de trage drones gezelschap van bewegende patronen.

Petrovic valt in ‘Vigilance’ met de deur in huis. Een harde, agressief overkomende klank vormt de opening en direct is duidelijk dat de muziek van deze componist venijnige trekjes vertoont. Klanken zijn ruw, ijl, penetrant en soms ongecontroleerd. De weg richting noise ligt open en wordt door Petrovic bewandeld, onderweg her en der geluiden rapend. Het is geen weg van geleidelijkheid maar van onverwachte ontmoetingen, van botsingen maar ook van onaangekondigde esthetiek. Het tikkende geluid zit niet al te opvallend verwerkt in een compositie die flonkert maar waarin ook een donkere kant naar voren komt.

Het stuk loopt naadloos over in ‘Diligence’, waarin Petrovic enkele geluiden uit ‘Vigilance’ lijkt te hebben omgevormd tot percussieve klanken die het werk een zwaar ritmisch karakter geven. Het stuk klinkt vol, maar zonder dat de transparantie uit het oog wordt verloren. In het korte ‘Remnants’ is de ritmiek verdwenen, om plaats te maken voor lange drones. ‘Depressant’ verkent voorzichtig enkele melodische bewegingen, die echter ontregeld worden met weerbarstige geluiden, die na een paar minuten een ritmisch motief gaan vormen. Petrovic speelt met dynamische effecten, botsende geluiden en met het tikkende geluid, dat in deze compositie het meest opvallend naar voren komt als onderdeel van de ritmiek en als een puls.

‘Insignificant’ sluit het album af op bijna vriendelijke wijze. Denk je. Petrovic weet zijn muziek steeds weg te leiden van braafheid door, subtiel of ruw, dwarse en recalcitrante elementen aan te brengen. In het slotstuk kiest hij voor de subtiele variant. Daarmee eindigt een album waarin twee muzikanten met een verschillende muzikale taal toch enkele overeenkomsten vertonen. Die zitten niet in wat je aan de oppervlakte hoort, maar in de manier waarop verschillende aspecten in de muziek verwerkt worden. Het is een interessante bezigheid om je daarmee al luisterend bezig te houden, maar belangrijker is dat zowel Kouw als Petrovic tot resultaten komen die een bepaalde sensatie teweegbrengen. Dat is niet zo makkelijk te omschrijven, maar daar gaat het om. Ernaar luisteren is het beleven.

Double CD limited to 200 or digital available in our webshop.

Or find the album in your preferred streaming service:

           More

Matthijs Kouw


Matthijs Kouw is an experimental musician based in The Netherlands exploring the relationship between movement and stasis. Using analog synthesis, software, field recordings, and recordings of various objects, Matthijs combines long-form drone with elements from acousmatic music, noise, and microsound.

https://clinamen.nl/

Gagi Petrovic

Gagi Petrovic is a composer, performer producer and teacher of music. As a musician and sound artist he mainly works in performative settings, with a versatile taste and diverse expertise. He writes pieces and songs with elements that are acoustic and electronic, intense and intimate, which are something between odd and familiar. Aesthetically his work balances in the grey area of contemporary composition, digital electronics and alternative pop. Conceptually his music often covers themes revolving around oppression, isolation, destruction and what it means to be free.

The use of technology often plays a big role in his creative process, as well as his preference to keep pushing music forward. As a composer he mostly works in an autonomous fashion, where research in freedom of expression and playfully exploring boundaries guides his creative decisions. He has received commissions from organisations such as Gaudeamus, Fringe Festival, Rewire and LeineRoebana, asking him to write for soloist and small ensembles. He releases electro-acoustic albums and performs own works with his custom-built instrument GEST and as a singer-songwriter. Frequently, he produces music for other media too, like contemporary dance, theatre, video art and documentary. He has a special interest in how music moves us both physically and mentally; how such abstract languages enable us to reflect on a particular sense of reality, escape it or even question it.

https://gagipetrovic.com/

Moving Music: Sounds from the Rocking Chair

2 Responses

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.

;